Zoeken
Sluit dit zoekvak.

Kennispublicatie: Luminescerende vluchtrouteaanduiding

Vluchtrouteaanduiding blijkt een onderwerp te zijn waarover veel vragen bestaan. Regelmatig krijgen wij vragen aan welke norm pictogrammen van vluchtrouteaanduiding moeten voldoen. Waar moeten deze pictogrammen aangebracht worden? En moet vereiste vluchtrouteaanduiding (intern) verlicht worden uitgevoerd? Steeds vaker duiken ‘pictogramstickers’ op. Maar mag dit?  Om hierover meer duidelijkheid te verschaffen deelt Brafon deze maand een kennispublicatie over vluchtrouteaanduiding.  

Doel van vluchtrouteaanduiding

Vluchtrouteaanduiding heeft als doel een gebruiker van een gebouw duidelijkheid te geven over het verloop van de vluchtroutes. Deze duidelijkheid moet er voor zorgen dat personen die niet bekend zijn in het gebouw gemakkelijker de weg naar een aansluitend terrein kunnen bereiken bij een calamiteit. 

Vanwege deze reden is vluchtrouteaanduiding niet verplicht voor woonfuncties, aangezien de wetgever ervan uit gaat dat personen die woonachtig zijn in een gebouw bekend zijn met de aanwezige vluchtroutes. Vluchtrouteaanduiding heeft in die situatie dan ook geen toegevoegde waarde.

Waar wordt vluchtrouteaanduiding geëist?

Alle eisen aangaande vluchtrouteaanduiding zijn opgenomen in het Bouwbesluit 2012. Een ruimte die bestemd is voor meer dan 50 personen én verkeersroutes binnen bouwwerken moeten voorzien zijn van vluchtrouteaanduiding. Deze vluchtrouteaanduiding moet voldoen aan de NEN 6088 (niveau bestaande bouw) of aan NEN-EN-ISO 7010 (niveau nieuwbouw). Deze eis geldt niet (zoals eerder aangegeven) voor woonfuncties, maar geldt ook niet voor gebouwen (of gebouwdelen) met een lichte industriefunctie, zoals bijvoorbeeld een magazijn, of een (andere) overige gebruiksfunctie (bijvoorbeeld een berging). Dit komt voort uit het feit dat in deze betreffende ruimten niet tot nauwelijks personen aanwezig zullen zijn, van verblijf van personen in deze ruimten is geen sprake. 

Verlichte uitvoering

Maar wanneer dient de vluchtrouteaanduiding verlicht te worden uitgevoerd? Bij “normaal” gebruik dient te worden voldaan aan de in het Bouwbesluit gestelde zichtbaarheidseisen. Dit betekent in de basis dat het pictogram correct zichtbaar moet zijn overeenkomstig (enkele onderdelen van) de NEN-EN 1838. In ruimten waar bij normaal gebruik ruimten verduisterd worden, is aanlichten of interne verlichting van het pictogram vereist om te kunnen voldoen aan de benoemde zichtbaarheidseisen.

Indien er spanningsuitval optreedt, is het in bepaalde gevallen vereist om ook te voorzien in deze zichtbaarheid. Het Bouwbesluit vereist in deze situatie dat, wanneer een ruimte voorzien moet zijn van noodverlichting (conform het Bouwbesluit), de pictogrammen ook bij de uitval van spanning moeten voldoen aan de gestelde zichtbaarheidseisen. Zie voor een uitleg omtrent noodverlichting onze eerder uitgebrachte kennispublicatie.

Kortom, is er noodverlichting in een bepaalde ruimte vereist, gelden de zichtbaarheidseisen aangaande vluchtrouteaanduiding ook bij uitval van de netspanning. Behoeft een ruimte niet te zijn voorzien van noodverlichting, gelden de zichtbaarheidseisen bij spanningsuitval niet en kan worden volstaan met stickers of bordjes in plaats van intern verlichte armaturen. Uiteraard moeten ook deze stickers en bordjes wel voldoen aan de gestelde pictogrameisen.

Luminescerende vluchtrouteaanduiding

Om te voorzien in de benodigde zichtbaarheid van vluchtrouteaanduiding zijn er oplichtende (luminescerende) pictogramstickers beschikbaar. Deze luminescerende pictogramstickers maken gebruik van fotoluminescentie. Hierbij wordt stralingsenergie uit de omgeving opgeslagen en vertraagd afgegeven, waardoor de vluchtrouteaanduiding ten tijde van spanningsuitval licht uitzendt.

De belangrijkste vraag is of deze luminescerende bestickering kan voldoen aan de gestelde zichtbaarheidseisen bij de uitval van de netspanning (zoals gesteld in het Bouwbesluit). Deze zichtbaarheidseisen omvatten: 

  • Binnen 15 seconden na het uitvallen van de netspanning inwerkingtreden;
  • Ten minste 60 minuten voldoen aan de onderstaande zichtbaarheid;
  • Voldoen aan de zichtbaarheidseisen bedoeld in de artikel 5.2 t/m 5.6 van de NEN-EN 1838 (paragrafen zijn in de norm uit 2013 omgenummerd, maar inhoudelijk niet gewijzigd).

Onderzocht is in hoeverre luminescerende stickers kunnen voldoen aan de hierboven omschreven prestatie-eis. Geconcludeerd is dat de voorgeschreven kleur groen (in een bepaalde casus) vanuit de NEN-EN 1838 niet wordt bereikt/afgegeven (resultaat vanuit de test was minder dan de vereiste 2 cd/m2). In de basis is het hierdoor niet toegestaan om luminescerende pictogramstickers toe te passen in ruimten om intern verlichte armaturen te vervangen, daar waar noodverlichting is vereist. 

Conclusie

Luminescerende pictogramstickers zijn in beginsel niet gelijkwaardig, zodanig dat intern verlichte pictogrammen achterwege kunnen blijven. Wellicht dat bij bepaalde projecten (bijvoorbeeld met meer omgevingslicht) deze pictogrambestickering wel als gelijkwaardig toegepast kan worden. Dit  is en blijft projectafhankelijk en vereist maatwerkadvies. Ook in het kader van duurzaamheid kan deze bestickering een passende oplossing bieden. In het komende Besluit Bouwwerken Leefomgeving verandert de regelgeving omtrent vluchtrouteaanduiding niet. Dit bekent dat het bovenstaande van toepassing blijft. 

Haal advies in huis

Brafon Brandveiligheidsmanagement kan u helpen met een bijdrage leveren inzake het aantonen van gelijkwaardigheid en het coördineren van testen met betrekking tot luminescerende vluchtrouteaanduiding. Dit in samenwerking met de brandweer. De noodzaak en benodigde uitvoeringsvorm van vluchtrouteaanduiding wordt onderzocht door middel van eenbrandveiligheidsonderzoek. Wilt u zelf meer leren over noodverlichting en (verlichte) vluchtrouteaanduiding? Volg dan de 3-daagse opleiding van onze zusterorganisatie Obex Opleidingen.

Deel deze post op:

Dit is misschien ook interessant voor je?